De textielsector en zijn duurzame stoffen

CRAiLAR vlasvezel

Crailar is een relatief nieuwe vezel op basis van planten als hennep en vlas. Crailar wordt gemaakt door een natuurlijk proces in de plant te veroorzaken: het roten van de plant dat de bast omzet in een oplosbare stof.

Het is een zeer duurzame stof omdat hennep en vlasplanten geen pesticiden of kunstmest nodig hebben. Het eindproduct is een stevige stof die je in verschillende sectoren kunt gebruiken. Het is een duurzaam alternatief voor katoen.

Biologisch katoen

Katoen is de meest gebruikte stof voor kleding maar het is in de meeste gevallen niet erg duurzaam. De stof wordt gemaakt van de zaden van de katoenplant. De productie van regulier katoen vereist een grote inzet van pesticiden en veroorzaakt een grote  CO2-uitstoot.

Aan de teelt van biologisch katoen komen geen schadelijke chemische pesticiden of kunstmest te pas. De productie van deze stof heeft hierdoor minder impact op het milieu én op de gezondheid van de mensen die de planten telen. Let wel: de teelt van biologisch katoen vraagt meer water en landbouwoppervlakte dan die van regulier katoen.

Gerecycleerd textiel

De recyclage van gebruikte stoffen tot nieuwe kleding of producten is een uiterst duurzame beslissing. Katoen, wol en polyester zijn daartoe prima kandidaten.

Het is niet altijd mogelijk om stof te recycleren tot volwaardige kleding. De kwaliteit van de vezels na het verscheuren en sorteren bepaalt waarvoor je het eindproduct kunt gebruiken. Minderwaardige vezels eindigen als opvulmateriaal of schoonmaakproducten. Er is dus altijd een eindproduct mogelijk wanneer je stoffen recycleert.

Bamboe

Bamboe is een hernieuwbare plant, berucht om het gemak waarmee hij groeit. Het gebruik van bamboe is interessant voor producenten omdat je het gewas vaker kunt oogsten dan katoen.

Bamboe wordt echter niet altijd op een duurzame wijze geproduceerd ondanks het feit dat het geen extra water of pesticiden nodig heeft. Biologische bamboe is een ideale grondstof voor katoenvervangers omdat het een zachte en luchtige stof geeft.

Lyocell

Lyocell is een kunstmatige vezel op basis van natuurlijke materialen. Het wordt gemaakt door pulp te maken van houtsnippers dat tot garen gesponnen kan worden. Het is een duurzaam alternatief voor viscose dat ook gemaakt wordt op basis van hout.

De productie van Lyocell gebeurt in een ‘closed-loop’ systeem. Het niet-chemische oplosmiddel voor het hout en het water dat gebruikt werd in de productie, worden opgevangen en kunnen hergebruikt worden.

Biologisch linnen

Linnen is een populaire stof voor kleding omdat het zacht en licht is. Net zoals katoen is linnen gemaakt van een natuurlijke vezel. Het komt van de vlasplant; een plant die minder pesticiden of kunstmest vraagt dan de katoenplant.

Bij de productie van biologisch linnen komen zo goed als geen pesticiden of kunstmest kijken. Het wordt meestal geproduceerd in Europa met extra aandacht voor milieurichtlijnen én voor de arbeidswetgeving.

Hennep

Hennep is een natuurlijke vezel gemaakt van de hennepplant. De stof is populair omdat deze plant ongeveer twee keer zo snel groeit als katoen. Daarnaast is er veel minder kunstmest nodig en weinig tot geen pesticiden. Het is dus een uiterst milieuvriendelijk gewas.

Hennep is een veelzijdige stof. Je kunt het zowel gebruiken voor kleding, meubelen en interieur als voor industriële en technische toepassingen.

Het is belangrijk om je een aantal dingen af te vragen wanneer je een grondstof in de textielsector selecteert. Door te kiezen voor biologische of gerecycleerde stoffen verminder je de milieu-impact van je product. Denk ook na over de manier waarop je het product moet onderhouden en mik op een zo lang mogelijke levensduur.