Vastgoed en facility diensten
Vastgoed en facility diensten vallen minder dan andere sectoren te vatten in termen van tewerkstelling of omzet. De activiteiten die onder deze grote vlag vallen zijn daarvoor té uiteenlopend. Toch pikken we uit jaar- en ander verslagen enkele trends en kengetallen op.
Uit het jaarverslag 2015 van de Beroepsvereniging van de Vastgoedsector (BVS) blijken volgende trends als het gaat om commercieel vastgoed:
- de winkelleegstand blijf toenemen. 19.000 winkels of zowat 9% van het totale Belgische aanbod (211.300) stonden eind 2015 te huur. In 2009 bedroeg dat percentage 5,4%. Opvallend is dat in termen van oppervlakte ‘slechts’ 7,6% te huur staat. Dat wijst erop dat vooral de kleinere winkels terrein verliezen. Laat e-commerce zich voelen?
- de verhuur van kantoorruimte vertoont twee snelheden: een vrij hoge, voortdurende leegstand in Brussel (van 6% tot zelfs 20 à 25% naargelang de buurt) tegenover een goede gang van zaken in Antwerpen met een leegstand van 6,5% ondanks tal van nieuwe kantoorprojecten.
Het FM Trendrapport 2015 van de International Facility Management Association – Chapter Belgium (IFMA) schat de omzet van facility diensten op zo’n 4 miljard EUR of 1% van het Bruto Binnenlands Product. Dit bedrag betreft zowel de diensten die worden uitbesteed als deze die met eigen mensen worden uitgevoerd. Naar schatting besteedt een facility manager zo’n 47% van zijn beschikbare budget uit.
Ter vergelijking: in Nederland praat men over een ‘volume’ van 37 miljard EUR (5,8% van het BBP); op Europees niveau gaat het naar 650 miljard EUR (5% van het Europese BBP).
Belangrijke kanttekening: aan het onderzoek namen vooral facility managers van bedrijven met meer dan 1.000 werknemers deel.
(Duurzaamheids)uitdagingen
Vastgoed
De duurzaamheidsuitdagingen voor vastgoed liggen verspreid over verschillende domeinen. Het zou ons hier té ver leiden om ze stuk voor stuk in extenso te bespreken. Weet echter dat in het algemeen duurzaam vastgoed vijf voordelen biedt:
- de laagst mogelijke energielasten
- een gezond binnenklimaat
- flexibiliteit en toekomstbestendigheid
- waardevermeerdering
- mogelijkheid om exploitatieneutraal te verduurzamen
Hieronder een lijst met ‘wegen’ ernaartoe en links naar verdere informatie.
Energie
- Vlaamse overheid: nieuwe EPB-eisen (EnergiePrestatie en Binnenklimaat) 2015-2016 voor nieuwbouw en renovatie
- Vlaamse overheid: energiezuinig bouwen, verbouwen en ondernemen (zeer uitgebreid!)
- Verdoken energieverbruik opsporen en uitsluiten
- Meer duurzame verlichting
- Het energieprestatie (EPC)-contract voor overheidsinstellingen en lokale besturen
- Hoe werken ESCO’s (Energy Saving Companies/Contracts)?
Gezonde gebouwen
Passiefbouw
Materialen
Dynamisch of veranderingsgericht bouwen
- Vlaanderen.be over bouwen, wonen en energie
Facilitaire diensten
De Europese standaard voor Facility Management EN 15221-1 bepaalt dat facility management volgende diensten omvat:
- schoonmaak
- catering
- technisch onderhoud
- onthaal
- beveiliging
- groenonderhoud
- Total Facility Management (TFM)
Schoonmaak, catering en technisch onderhoud zijn hierbij de belangrijkste ‘sub-sectoren’.
Elk type dienst kan sectorspecifieke mvo-maatregelen nemen. Schoonmaakbedrijven kunnen bijvoorbeeld met minder milieubelastende schoonmaakproducten werken. Bedrijfscateraars kunnen werken op voedseloverschotten.
Dergelijke ingrepen hebben een impact op verschillende vlakken: energie- en waterverbruik, gezondheid, afvalbeheersing, materiaalgebruik,…
Daarbij komt dat zeker facilitydienstenverlening mensenwerk is. Aandachtspunten zijn dan diversiteit, betrokkenheid, ziekteverzuim, zwartwerk en de balans tussen vrije tijd en werk.
Maar ook hier zou het ons té ver leiden alle opportuniteiten op een rijtje te zetten. Met praktijkvoorbeelden en nieuwsberichten (ga naar ‘Inspiratie’, selecteer op type en vervolgens op sector om ze makkelijk te kunnen raadplegen) blijven we de verduurzamingsinspanningen in deze sector in de verf zetten.
Andere links
Gepubliceerd op
10 augustus 2015Gerelateerde thema's
Duurzaam materiaalgebruik Ecodesign Energie Klimaatverandering Circulaire economie Labels en certificering MobiliteitDeel deze pagina
Gerelateerde inhoud
-
Dat ondernemers klagen over de hoge lasten op arbeid, over de administratieve rompslomp of over de ellenlange vergunningsprocedures, is begrijpelijk. Over bepaalde van die punten klaag ik zelf ook.
Dat ondernemers klagen over mobiliteit en over files, kan er bij mij niet in. Klagen doe je immers over iets waar je het slachtoffer van bent, niet over iets wat je zelf veroorzaakt. Wie staat er tijdens de piekuren aan te schuiven van en naar Brussel of Antwerpen? Op enkele uitzonderingen na zijn dat de werkgevers zelf en hun werknemers. In eerste instantie zijn het dus de werkgevers die de files veroorzaken. Dus is het in de eerste plaats aan hen om daar iets aan te doen.
-
Consumenten en bedrijven begrijpen elkaars duurzame boodschap steeds minder. Bedrijven denken dat een reputatie voldoende is, terwijl consumenten vooral willen weten wat die voor hen betekent.
-
Bedrijfsleiders ontdekken wat de waarde van een duurzame strategie kan betekenen voor hun bedrijf. Zoveel blijkt uit een enquête van McKinsey. Maar, stellen de enqueteurs, ook al zijn er sterke voorlopers op het vlak van duurzaamheid, voor de meeste ceo’s moet het echte werk nog beginnen.
-
“Beursgenoteerde bedrijven die een verantwoord belastingbeleid hebben ontwikkeld, zijn moeilijk te vinden.” Dat zegt Giuseppe van der Helm, directeur van de (Nederlandse) Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO). Het beleggersforum constateert dat bedrijven moeite hebben om belasting te zien als onderdeel van MVO beleid.
-
Met de installatie van twee grote bijenkasten engageert touroperator Jetair zich voor het behoud en het herstel van de bijenpopulatie. De kasten werden geplaatst op de terrassen op de bovenverdieping van de hoofdzetel in Oostende. Het project kadert in het duurzaam ondernemerschap van Jetair.
-
Antwerp-ITCCO start op 13 oktober de e-lessenreeks 'Introduction to Corporate Social Responsibility', die ze ontwikkelde in samenwerking met Unitar (United Nations Institute for Training and Research).