Banken moeten nagaan of geld niet wordt gebruikt voor whitewashing

De-risking en verdwijnende bankrekeningen – wat kan je ertegen doen?

Sinds de antiwitwaswet van 2017 zijn financiële instellingen verplicht om erop toe te zien dat bankrekeningen die bij hen worden aangehouden niet gebruikt worden voor het witwassen van misdaadgeld of de financiering van terrorisme. Vooral bij het openen van nieuwe bankrekeningen maar ook bij controles van bestaande bankrekeningen, vragen banken uitgebreide informatie over de organisatie of onderneming, de bestuurders, de uiteindelijk begunstigden (UBO’s) en de herkomst van het geld.

Omdat er op de niet-naleving van de antiwitwaswetgeving zware sancties staan, doen banken aan de-risking. De-risking betekent het geheel van maatregelen en beslissingen waarmee financiële instellingen hun risico’s op het vlak van witwassen van geld en financiering van terrorisme trachten te beperken. Die maatregelen en beslissingen kunnen erin bestaan dat een financiële instelling de beslissing neemt om geen zakelijke relatie aan te gaan met een organisatie of om een zakelijke relatie te beëindigen.

In de praktijk zijn er ook gevallen van ongerechtvaardigde (unwarranted) de-risking, waarbij klanten worden geweerd niet zozeer omdat zij individueel een te groot risico vormen voor de financiële instelling, maar veeleer omdat zij behoren tot een categorie of sector die de financiële instelling liever kwijt dan rijk is. Denk maar aan de diamant-, horeca- of bouwsector. Meer recent wordt ook de non-profitsector hiermee geconfronteerd.

Het behoeft geen uitleg dat wanneer de bankrekeningen van een organisatie of onderneming worden afgesloten, dit zeer snel zeer grote gevolgen heeft. Kan je voorkomen dat een financiële instelling de bankrelatie beëindigt, en wat te doen als het toch gebeurt?

Kan een bank zomaar een bankrelatie beëindigen?

Ja, zowel de klant als de bank kunnen de klantenrelatie opzeggen, op voorwaarde dat de algemene voorwaarden en de wet worden nageleefd. Het Wetboek Economisch Recht voorziet dat de bank de relatie enkel kan opzeggen indien dit in het contract is voorzien en met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste twee maanden.

Kan je voorkomen dat de bank de bankrelatie opzegt?

Financiële instellingen houden bij hun klanten steeds strenger toezicht op de naleving van de wettelijke verplichtingen op het vlak van publicatie en registratie van bestuurders, dagelijks bestuurders en uiteindelijk begunstigden in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad, de Kruispuntbank van Ondernemingen en het UBO-register.

Ervoor zorgen dat dergelijke publicaties en registraties up-to-date zijn is dus zeker een belangrijke (doch niet voldoende) voorwaarde om de bankrelatie niet in gevaar te brengen. Waak er ook over dat wanneer de financiële instelling vragen stelt of informatie opvraagt, er hierop tijdig en volledig wordt gereageerd.

Wat kan je als doen als de bankrelatie wordt beëindigd?

Tot voor kort was het antwoord: niet zo veel. Klanten van financiële instellingen hadden en hebben de mogelijkheid zich te richten tot de ombudspersoon van de bank zelf, of tot Ombudsfin (een ombudsdienst voor financiële diensten). Bij gebrek aan alternatief wendden sommige afgewezen klanten zich tot de rechtbank.

Voortaan hebben ondernemingen recht op een bankrekening

Op 26 januari 2023 is het Koninklijk Besluit van kracht geworden dat de basisbankdienst-kamer opricht. De leden van de basisbankdienst-kamer zijn intussen ook aangewezen. De basisbankdienst-kamer onderzoekt en beoordeelt de aanvragen voor een basisbankdienst en wijst een bank aan die de basisbankdienst moet leveren.

De ‘basisbankdienst’ houdt de mogelijkheid in om contant geld te storten en af te halen van een zichtrekening, en om overschrijvingen, domiciliëringen en wereldwijd betalingstransacties te doen via een betaalinstrument. Onder het begrip ‘onderneming’ vallen zowel eenmanszaken, als vennootschappen, verenigingen, stichtingen en bepaalde andere organisaties zonder rechtspersoonlijkheid.

De onderneming moet in eerste instantie zelf bij drie verschillende banken aankloppen voor basisbankdiensten. Als één of meer van deze diensten driemaal werd geweigerd, kan de onderneming in kwestie een aanvraag indienen bij de basisbankdienst-kamer.

Na ontvangst van de aanvraag wint de basisbankdienst-kamer het advies in van de cel voor financiële informatieverwerking (‘CFI’). Na positief advies of indien de CFI niet heeft gereageerd binnen zestig kalenderdagen, wijst de basisbankdienst-kamer een in België gevestigde kredietinstelling aan die de onderneming of vereniging de basisbankdiensten moet leveren.

Kan de basisbankdienst geweigerd worden?

Ja. De aangewezen bank mag de basisbankdienst in een aantal gevallen weigeren, op grond van onder andere:

  1. een (dagelijks) bestuurder die of een lid van het directiecomité dat al werd veroordeeld voor oplichting, misbruik van vertrouwen, enzovoort.
  2. Het feit dat de onderneming in België of in een andere lidstaat van de Europese Unie al een andere zichtrekening heeft.
  3. de antiwitwaswetgeving.

Basisbankdienst: een goede zaak?

Het is absoluut positief dat ondernemingen die problemen ondervinden bij het verkrijgen of behouden van een bankrekening hier nu een aanvraag voor kunnen indienen. De praktijk zal echter moeten aantonen of de basisbankdienst ook daadwerkelijk soelaas brengt. De reden waarom ondernemingen aangewezen zijn op een basisbankdienst is in vele gevallen immers gelinkt aan het antiwitwasbeleid van financiële instellingen. En laat dat ook één van de mogelijke weigeringsgronden zijn. The proof of the pudding will be in the eating…

Sarah Verschaeve & Yvette Verleisdonk, Aurion Law

Aurion, advocaten voor de toekomst, biedt expertise op het gebied van arbeidsrecht en pensioenen, grondwettelijk en administratief recht, impact investeringen en sociale ondernemingen en non-profit recht. We laten ons daarbij leiden door de 17 duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties.