Bangladesh fast fashion

Grote kledingmerken laten arbeiders in Bangladesh in de steek

Na vijf jaar komt er eindelijk nog eens een loonsverhoging aan voor de 4,5 miljoen kledingarbeiders in Bangladesh. Maar die dreigt wel heel mager uit te vallen: de werkgevers leggen een voorstel van 10.400 Tk (minder dan € 90) per maand op tafel. De fast fashion-merken, die al jaren leefbare lonen beloven, weigeren hun steun uit te spreken voor de looneis van de vakbonden of zich te engageren om hogere prijzen te betalen aan hun leveranciers.

De onafhankelijke vakbonden in Bangladesh vragen om het minimumloon te verhogen tot 23.000 Tk of € 195 per maand. Dat bedrag is gebaseerd op een studie van het Bangladesh Institute of Labour Studies. 23.000 Tk is het absolute minimum dat nodig is om fatsoenlijk te kunnen leven in Bangladesh. De Looncommissie zal naar verwachting op 1 november haar definitieve voorstel bekendmaken aan de regering van Bangladesh.

Lokale vakbonden en de organisaties die hen steunen, maken zich grote zorgen over de uitkomst van de herziening van het minimumloon. "Als het nieuwe minimumloon maar 10.400 Tk bedraagt, betekent dit dat de meerderheid van de arbeiders niet kan overleven van het inkomen dat ze verdienen met een werkweek van meer dan 48 uur in deze sector. Ze zullen andere manieren moeten blijven zoeken om de eindjes aan elkaar te knopen: lange overuren maken, maaltijden overslaan of beknibbelen op de basisbehoeften van henzelf of hun gezinsleden", zegt Kalpona Akter, voorzitter van de Bangladesh Garment and Industrial Workers Federation. "Internationale inkopers moeten nu hun verantwoordelijkheid nemen voordat de situatie nog erger wordt.”

Oorverdovende stilte van de kledingmerken

Vakbonden in Bangladesh hebben meer dan 60 grote merken die in Bangladesh inkopen gevraagd om hun looneis te steunen, te blijven inkopen in Bangladesh en de hogere arbeidskosten te verwerken in hun inkoopprijzen. Ook de werkgeversfederatie Bangladesh Garment Manufacturers and Employers Association riep recent de merken op om rekening te houden met de gestegen levensduurte voor kledingarbeiders door een "eerlijke prijs" te betalen en meer "empathie en rationaliteit aan de dag te leggen in hun prijszetting en inkooppraktijken".

Enkele merken hebben inmiddels publiek de looneisen van de vakbonden ondersteund. Andere grote spelers blijven zwijgen, hoewel ze in hun gedragscodes beloftes doen over leefbare lonen in hun toeleveringsketen. C&A, Asos, H&M, M&S, Primark, Zalando, Uniqlo, New Look, Next, Bestseller, Esprit en Aldi behoren tot die laatste groep.

"Het stilzwijgen van de merken moedigt werkgevers aan om door te gaan met het schenden van het recht op een leefbaar loon. Beloftes over leefbare lonen door merken die weigeren in te gaan op de wanhopige roep om steun van vakbonden, kunnen we duidelijk niet meer serieus nemen", zeggen Sara Ceustermans van de Schone Kleren Campagne en Sanna van achACT.