Eeuwige winnaars Torfs en Easi in 2019 opnieuw 'greatest place to work'

De twee winnaars beschikken nochtans niet over een geheim cocktail waarmee ze hun medewerkers betoveren. Eigenlijk hanteren ze een eenvoudige logica: medewerkers worden er als mens gezien. Die mentaliteit zorgt voor een positieve sfeer waarin medewerkers zich gewaardeerd en gerespecteerd weten, en trots zijn op hun organisatie. Ze beschouwen hun bedrijf als een soort tweede thuis.

Daar zijn niet eens ingewikkelde maatregelen voor nodig. Het kan zo eenvoudig zijn als verjaardagskaartjes sturen, informeren naar de toestand van een werknemer na lange afwezigheid, contact opnemen met een werknemer die ziek thuis zit,...

Dat zijn zaken die elk bedrijf kan doen. Dat is ook het doel van de competitie, waarin elk jaar tien grote en tien kleine bedrijven gerangschikt worden. De organisatie is er namelijk van overtuigd dat de wedstrijd andere bedrijven inspireert om het ook beter te doen. Uit onderzoek van de SERV (Sociaal-Economische Raad Vlaanderen) blijkt dat amper de helft van de jobs in België werkbaar wordt bevonden. Bij sommige bedrijven is er dus duidelijk werk aan de winkel.

De logica van de organisatie lijkt te kloppen, want elk jaar doen meer bedrijven mee aan de wedstrijd. Dit jaar hebben maar liefst 130 bedrijven tussen de € 5.000 en € 10.000 betaald voor de evaluatie van Best Place to Work.

Die analyse is een goede leidraad die ze vervolgens vaak gebruiken om hun bedrijfsstrategie aan te passen.

Misschien worden Torfs of Easi op die manier ooit van de troon gestoten, maar dit jaar hoeven ze zich in elk geval nog geen zorgen te maken.