CSRD-Kompas: de CSRD voor kmo's - het trickle down effect
Welke impact zal de CSRD hebben voor niet-beursgenoteerde kmo’s? Wat moeten ze weten en welke hulpmiddelen zijn er voor hen?
De Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) is niet rechtstreeks van toepassing op niet-beursgenoteerde kmo’s (nvdr.: wanneer we het in dit artikel hebben over ‘niet-beursgenoteerde kmo’s’ slaat dat ook op zelfstandigen en vrije beroepen en niet-vennootschappen, zoals zelfstandigen met personeel). Toch zullen veel van hen gevraagd worden om te rapporteren over duurzaamheid, omdat hun klanten wel onder de CSRD vallen of wanneer ze een beroep doen op financiële instellingen. Een zogenaamd ‘trickle down effect’. Om de kmo’s in die opgave bij te staan, ontwikkelt de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) momenteel de VSME: vrijwillige rapporteringsstandaarden voor kmo’s, naar analogie met de ESR standaarden. Als lid van de Technical Expert Group (TEG) bij EFRAG en voormalig directeur bij SMEunited, de overkoepelende Europese KMO organisatie , staat Luc Hendrickx op de eerste rij om de belangen van kmo’s te verdedigen.
Hendrickx: “Ik ben geboren in een familie van zelfstandigen. Als jurist ben ik indertijd begonnen op de studiedienst bij UNIZO. Van daaruit ben ik gedetacheerd bij SMEunited en in die hoedanigheid werd ik in 2022 lid van de TEG van EFRAG. Nu als vrijwilliger, want eigenlijk ben ik op pensioen. Zo kan ik garanderen dat er iemand zit om de kmo’s te vertegenwoordigen. Dat is geen overbodige luxe want als het gaat over duurzaamheid zitten de kmo’s makkelijk in een benarde positie. Men verwacht, terecht, dat dé industrie zich inspant op vlak van ESG, maar vaak maken ze daarin geen onderscheid tussen multinationals en kmo’s. Beleidsmakers richten zich op de grote vissen, omdat ze daar een grote impact hebben. Het idee is dan dat ze de wetgeving wel even kunnen bijknippen voor de kmo’s. Maar die hebben niet dezelfde middelen om aan de vereisten te voldoen.”
“Dat hebben we gezien in 2012, toen de expertencommissie de Non-Financial Reporting Directive (NFRD) voorbereidde. Aanvankelijk zouden kmo’s ook moeten rapporteren. Ik was toen in contact met twee kleine Vlaamse ondernemers die een vereenvoudigd rapport op basis van de GRI gemaakt hadden. Dat heeft hen tussen de 15.000 en 25.000 euro gekost. Stel je voor dat je dat vermenigvuldigt met 24 miljoen, het aantal kmo’s in de EU. Dat is meer dan de schuld van Griekenland destijds. Daarom zitten de kmo’s niet in de NFRD. Eigenlijk zouden we net omgekeerd moeten werken: think small first. Stem je wetgeving af op de kleine ondernemers en schaal dan op.”
Hoe werkt die think small first benadering in het kader van de CSRD?
Hendrickx: “De kmo’s vallen niet onder de CSRD, maar men vergeet makkelijk dat daarmee de kous niet af is. Integendeel. Beursgenoteerde kmo’s vallen wél onder de CSRD, maar omdat het kmo’s zijn, krijgen ze meer tijd om aan de vereisten te voldoen. Grote ondernemingen moeten wel al rapporteren en stappen naar de kmo’s in hun toeleveringsketen om de nodige gegevens op te vragen. Eigenlijk moeten we dus heel dringend werk maken van ondersteuning voor de niet-beursgenoteerde kmo’s. Oorspronkelijk wou men dat alle kmo’s op vrijwillige basis zouden gebruik maken van de standaard voor beursgenoteerde kmo’s. Dat is onzin. De lat voor beursgenoteerde bedrijven moet hoog liggen: de overheid en de mensen hebben recht op die transparantie. Voor gewone kmo’s is dat niet haalbaar. We hebben er hard voor moeten lobbyen, maar nu ziet iedereen de noodzaak van de VSME wel in. En het ziet er naar uit dat de beursgenoteerde kmo’s door de markt zullen worden gedwongen om de standaarden van de grote bedrijven over te nemen.”
Hoe kan je er als kmo concreet aan beginnen?
Hendrickx: “Kijk eens over welke informatie je nu al beschikt. Dat is vaak meer dan je denkt. Je kan bijvoorbeeld al veel afleiden over je energieverbruik op basis van je facturen. Een kmo met meer dan 20 werknemers moet al een sociale balans opmaken. Grote verbruikers van water hebben een rapporteringsplicht. Als je een milieuvergunning hebt aangevraagd, heb je ook al veel relevante gegevens opgelijst. Het is nog wat vroeg omdat de VSME nog niet is goedgekeurd, maar je kan wel al een plan opstellen en uitzoeken wat er nog mankeert. Zoals altijd voor ondernemers is het ook belangrijk om met je collega’s te spreken. Hoe pakken zij de zaken aan? Daar zie ik zeker een rol voor de sectororganisaties. Zij kunnen ook al inventariseren welke vragenlijsten er al rond gaan. Grote ondernemingen en banken hebben nu al bepaalde vragenlijsten voor hun klanten. Hopelijk kunnen we komen tot geharmoniseerde vragenlijsten per sector. Want als alle grote spelers met verschillende vragenlijsten komen, dan vermenigvuldigt dat de werklast voor kmo’s.”
“Nog iets om voor op te letten: grote ondernemingen die van de CSRD profiteren om bijkomende informatie te vragen die er niets mee te maken heeft. Bijvoorbeeld: voor banken die verzekeringen aanbieden, is data goud waard. En kmo’s staan niet zo sterk, want er is voor hen geen verplichte rapporteringsstandaard, maar wel een contractuele vrijheid. Als een kmo bepaalde informatie niet wil geven, kan de grote speler op een ander gaan. We ijveren daarom voor een wettelijke limiet voor wat men kan vragen.”
“Let ook op als ze je diensten willen verkopen om aan de rapporteringsvereisten te voldoen. Nog voor de ESR standaarden waren goedgekeurd zag ik al conferenties circuleren waar men voor veel geld zou gaan uitleggen wat de standaarden precies zijn. Hetzelfde met softwarepakketten zoals boekhoudprogramma’s die zogenaamd al aangepast zijn aan standaarden die nog niet vastliggen.”
Welk advies zou u geven aan kmo’s die zich aan het trickle down effect mogen verwachten?
Hendrickx: “Ze zullen misschien zeggen: ‘de Luc heeft wel makkelijk praten’, maar toch: zie het alsjeblieft niet alleen als een administratieve rompslomp. Ik maak graag de vergelijking met financiële rapportering. Daar kruipt veel werk in, maar tegelijk is het een noodzakelijk instrument om een onderneming te leiden. Om een ondernemer te zijn, moet je iets van boekhouding kennen, of tenminste iemand inschakelen om je daarbij te begeleiden. Ik ben tegen verplichte duurzaamheidsrapportering voor kmo’s, maar ik vind het wel belangrijk dat kmo’s inzicht hebben in die onderwerpen en tonen wat ze op dat vlak doen. Want het gaat tenslotte om risico’s die hun onderneming beïnvloeden. Wat als er een tekort aan water is? Welke geopolitieke risico’s loop je? Toen een containerschip in het Suezkanaal vastliep, kwamen heel wat Vlaamse ondernemingen in de problemen met hun toelevering. Zelfs zonder zo’n voorval zijn de kosten van die containers enorm opgelopen en als er te weinig capaciteit is, krijgen multinationals voorrang. Als kmo moet je dan toch eens onderzoeken of je geen lokale alternatieven hebt.”
“Op die manier is rapportering een essentieel management instrument, ook voor kmo’s. Het laat je toe om te vergelijken met je peers. Je ziet waar er mogelijkheden tot verbetering zijn. Dat komt je competitiviteit ten goede. En het speelt mee in employer branding. Als je als kmo nieuw personeel zoekt, ga je niet zomaar concurreren met de grote spelers op vlak van salaris. Maar je kan wel het verschil maken met je visie. Uit onderzoek blijkt dat voor de meeste ondernemers geld niet op de eerste plaats komt, maar wel het realiseren van een droom. Zet die droom op papier! Zo trek je makkelijker mensen aan die bij jouw visie passen, zowel werknemers als klanten.”