Door marktdruk staat ook duurzaamheid onder druk

Bosq is een houtbedrijf dat onder meer fabrikant is voor Bulo Kantoormeubelen. Hoewel het bedrijf inzet op duurzaamheid, zitten ze met gemengde gevoelens. De reden is de (prijzen)druk op de markt.

“We proberen duurzaam te ondernemen, maar het is nog te weinig. In een hoogconjuctuur zou meer mogelijk zijn”, aldus zaakvoerder Bert Leysen.

Al tien jaar is maatschappelijk verantwoord ondernemen geen onbekend begrip meer bij Bosq.

“We geven plaats aan mensen met een sociale handicap, er is instroom via IBO-contracten, we geven ex-gedetineerden een kans. Ondertussen is dit niet langer evident”, vertelt Leysen.

Imperfectie voortaan acceptabel

Toch ziet Leysen ook een positieve evolutie. “De grondstoffen halen we lokaal en die zijn niet altijd perfect. Dat wordt door de klant tegenwoordig geaccepteerd. Dat rustieke karakter blijkt oké te zijn omdat het net lokaal is. Alleen is er daar ook een probleem.

Voor een grote oplage zijn er veel bossen nodig. Maar die bossen zijn er niet meer. Daardoor moeten we op verschillende locaties kleinere aantallen aankopen. Dat vraagt om een andere organisatie. Het is namelijk veel duurder. Het resultaat is leuker, maar het rendement is lager. En we moeten manipuleren.”

“Wat die manipulatie inhoudt? We moeten een grondstof transformeren naar producten. Daarvoor is eigenlijk een systeem van constante aanvoer nodig. Nu zitten wij met dunne en dikke stammen. Het is omslachtig om met die twee grondstoffen één product te maken.

Ik zal het concreter maken. Bij één soort hout is er ook maar één droogkamer nodig. Op dit moment zijn onze droogkamers maar voor de helft gevuld omdat we verschillende grondstoffen moeten combineren.”

“Gecertificeerd hout is business op zich”

Leysen ziet veel meer duurzaamheid in lokaal aankopen dan in gecertificeerd bosbeheer.

FSC alleen is niet zaligmakend.

Het is uitgegroeid tot een echte business waarbij men focust op de grondstoffen en minder rekening houdt met de bomen, terwijl we beter zouden kijken naar wat er voorhanden is en werken met bestaand materiaal.”

Wij kopen bijvoorbeeld hout zonder label bij Natuurpunt. Ook al zijn het minder mooie bomen, dat bos heeft ook een waarde. Het is voor ons een kunst om uit te zoeken welk bos welke bomen heeft en hoe we die optimaal kunnen inzetten.

Bosbeheer is voor mij uitzoeken wat je met een boom kunt doen en voor welke industrie het dient. Niet andersom. Alleen strookt dit niet altijd met de economische realiteit.”

Industrie wil steeds slimmer personeel

Bosq werkt met sociale werkplaatsen. Die samenwerking wordt steeds minder evident.

“Omdat we meer mensen nodig hebben die instaan voor de finalisatie en de afwerking en daarvoor over computer skills moeten beschikken. Wie die niet heeft, blijft aan de kant. Daarom vind ik dat er subsidies moeten blijven bestaan om andere mensen aan te kunnen werven.

Ook moet ik toegeven dat de markt en de bijkomende tijdsdruk het moeilijk maakt om te kunnen investeren in mensen. Er is een hoge loonkost, je moet altijd productief zijn en dat zorgt voor een bepaalde sfeer in een bedrijf.

De oplossing? Er zou meer tolerantie moeten komen op alle vlakken. Het verhaal wat je doet moet centraal staan. Wat kost een tafel? De prijzen die in de markt gelden, zijn soms te gek voor woorden.

Klanten zouden meer moeten willen betalen als de tafel met lokaal hout gemaakt is.  Dat is voor mij duurzaamheid.