Debat: rijmt e-commerce met duurzaamheid?

Boeken, schoenen, kleding, voeding, huishoudtoestellen, computers en printers,… Maar liefst 64 procent van de Belgische consumenten kocht in 2015 ‘iets’ online. Drie op vier consumenten informeren zichzelf eerst via het internet (of in de winkel…) voor ze een aankoop doen. E-commerce is booming, laat dat duidelijk zijn.

Maar is online kopen wel zo maatschappelijk verantwoord? Het onderwerp heeft in ieder geval niet de volle aandacht bij de sector volgens een Nederlands onderzoek naar de communicatie over duurzaamheidsprestaties van webshops uit binnen- en buitenland. Bovendien halen 18 webshops (90 procent) het laagste E-label van Rank a Brand.

Redenen te over voor MVO Vlaanderen om een aantal ervaringsdeskundigen rond de tafel te brengen voor een debat. Het centrale thema: rijmt e-commerce met duurzaamheid?

Rond onze tafel

Diana de Graaf - Senior Manager Cleantech and Sustainability Services, EY

EY voerde in samenwerking met thuiswinkel.org een onderzoek uit naar de duurzaamheid van de ‘last mile’ in de Nederlandse e-commerce. Ze staken hun licht op bij onder meer OTTO, Coolblue, PostNL en Wehkamp. Het onderzoek staat stil bij de milieu-impact, maar ook bij de verwachtingen van de maatschappij (stakeholders).

Steve Sel - Project Officer Vlaams Instituut voor de Logistiek VZW, VIL

Het VIL is het innovatieplatform voor de logistieke sector. Het helpt Vlaamse bedrijven om innovatieve logistieke projecten te realiseren en zo hun competitiviteit te verhogen en ontvangt hiervoor subsidies van de Vlaamse overheid.

Als ledenorganisatie brengt het VIL bedrijven en organisaties uit diverse sectoren bij elkaar – zowel verladers als logistieke dienstverleners maar ook kennisinstellingen, overheidsinstanties en bedrijven vanuit de IT- engineering-, interim-, bouw-, real estate- en fashion wereld. Het VIL werkte al verschillende projecten uit rond e-commerce.

Anders Asarby - oprichter Smartmat

Smartmat levert wekelijks verse ingrediënten (minstens 25 procent biologisch) en bijhorende recepten aan huis in heel Vlaanderen, Brussel en Waals-Brabant. Ze waren de eerste op de markt met een veggiebox. Wekelijks rijden er zeventig vrachtwagens rond om 2.000 klanten te bedienen. Voor de last mile doet Smartmat beroep op Bubble Post.

Grote e-commercespelers waren niet bereid om deel te nemen aan het debat. Thuiswinkel.org en Storesquare konden op hun beurt niet deelnemen omwille van agendaproblemen. We vroegen hun input achteraf en kregen die enkel van Margreeth Pape - Adviseur logistiek en duurzaamheid van Thuiswinkel.org,

Het Nederlandse Thuiswinkel.org is een digital commerce-netwerk van (web)winkels die producten en/of diensten verkopen. Het helpt ondernemers en hun medewerkers succesvoller te zijn. Thuiswinkel.org heeft meer dan 2.200 leden die online producten en diensten aan consumenten verkopen. Zij komen uit alle denkbare branches, zoals reizen, kleding, consumentenelektronica, verzekeringen, sport, speelgoed, wonen, bruin- en witgoed, dating, ICT, software, etc.

Vijftig bestelwagens in uw straat… elke dag

Wat zeggen de cijfers?

Diana: “In Nederland rijden er momenteel dagelijks tien tot vijftien bestelwagentjes rond in dezelfde straat. De verwachting is dat het aantal zal oplopen tot vijftig in 2020 als de huidige ontwikkelingen zich doorzetten. In 2010 werd het totaal aantal bezorgde pakketjes ingeschat op 90 miljoen. Vier jaar later was dat al 190 miljoen. Met een huidige groei van 8 procent zou het aantal in 2020 oplopen tot 280 miljoen.

Dat heeft onder meer te maken met de wat men in Nederland ‘de grijze golf’ noemt. Het gaat om senioren die in Nederland actief gebruiker zijn van Internet en meer en meer online bestellen. Daar zit een gigantisch potentieel en de e-commercesector zal niet nalaten dat aan te boren.”

Steve: “BeCommerce en Comeos zijn de Belgische tegenhangers van Thuiswinkel.org. Beiden publiceren voor ons land heel wat cijfers. In 2014 kochten de Belgen voor 6,3 miljard euro online. Vorig jaar was dat al 8,2 miljard euro. De prognose voor dit jaar ligt op 10 miljard euro.

Die groei is niet te stoppen, zeker niet met de komst van een Chinese speler zoals Alibaba (Chinese e-commercegroep, beschouwt zichzelf als grootste retailer ter wereld, red.). Wat e-commerce op Europees niveau betekent, vind je op de website van e-commerce Europe cijfers.”

En de maatschappelijke impact? Is dat een item?

Diana: “De grote e-commercebedrijven zijn geen koplopers als het op duurzaamheid aankomt. De focus ligt nog steeds op groei en vergroten van het marktaandeel. Coolbue is daar een voorbeeld van. Zij zetten vooral in op de happy customer. Wehkamp maakte wel een duurzaamheidsverslag en kent de cijfers, maar heeft nog geen zichtbare maatregelen genomen op de last mlile.

Hun grootste bekommernis zijn de retourzendingen. Die zorgen voor extra transportbewegingen en het geretourneerde product is niet altijd opnieuw te verkopen. Dat heeft niet alleen gevolgen op de milieu-impact, maar de kost voor bedrijven is ook hoog. Er komen daarom meer en meer nieuwe concepten naar boven. Zoals een bezorger die wacht bij de klant tot die alle kleding heeft gepast.”

“Feit is dat in Nederland e-commerce steeds meer in conflict komt met de grote gemeenten die steeds vaker eisen stellen aan stadsdistributie zoals gebruik van elektrische voertuigen.”

Margreeth: “Duurzaamheid speelt een steeds grotere rol voor webwinkels. We zijn een jonge sector die in een paar jaar tijd is uitgegroeid tot een serieuze groep binnen de retail. We zien dat steeds meer webwinkels zich bewust worden van duurzaam ondernemen en hierin ook kiezen om hun verantwoordelijk te nemen.

Thuiswinkel.org werkt veel met Nederlandse webwinkels samen om gezamenlijk te komen tot duurzaamheidsnormen. Aangezien duurzaamheid een containerbegrip is, hebben we ervoor gekomen om eerst in te zetten op onderwerpen als verpakkingen, logistiek en IT. Dit zijn de onderwerpen waar webwinkels invloed op uit kunnen oefenen en die specifiek e-commerce gerelateerd zijn.”

Is berichtgeving zoals van Rank a Brand betrouwbaar? OTTO staat op nummer één in hun lijst van meest duurzame webshops.

Margreeth: “De communicatie van Rank a Brand klopt ook niet helemaal. Ze beweren dat webwinkels niet ‘duurzaam’ werken, terwijl het onderzoek alleen maar gebaseerd is op hetgeen webwinkels over duurzaamheid communiceren. Dit hoeft dus niet in lijn te liggen met de werkelijkheid.”

“Het aangehaalde Nederlandse onderzoek naar communicatie over duurzaamheidsprestaties kijkt enkel maar naar de transparantie, dus naar wat webwinkels over duurzaamheid communiceren. Op het moment dat je als webwinkel het heel goed doet qua duurzaamheid, kun je dus evengoed heel erg slecht beoordeeld worden. Naar mijn idee geeft dit onderzoek geen goed beeld van de werkelijkheid.

Ik kan wel zeggen dat Nederlandse webwinkels tot een paar jaar geleden nog weinig deden aan duurzaamheid. Dat is ook logisch omdat het een erg jonge markt is. Maar nu zien we dat duurzaamheid steeds meer een onderdeel wordt van de business. Dit is echt een ontwikkeling die we nu doormaken.”

Steve: “Je moet je afvragen welke inspanningen een logistieke dienstverlener in totaliteit doet. Zijn de gebouwen milieuvriendelijk? Met welke logistieke dienstverlener werken ze? Met welk type bestelwagens en vrachtwagens rijden ze?”

Anders: “‘Gratis leveren’ bestaat niet. De kost van de levering zit in de prijs. Altijd. Bij ons is dat vijftien procent. Voor ons was het moeilijk om een interessante logistieke partner te vinden. In het begin was duurzaamheid zelfs nog niet eens een criterium voor de levering.

We werkten met een bedrijf samen, maar het liep niet. We stapten daarna in het pilootproject Combo van Bpost voor het leveren aan huis van onze producten. Zij brengen bestellingen van verschillende leveranciers eerst samen, om ze dan gebundeld te leveren. Het begon heel klein met één camionette. Maar ook dat werkte niet voor ons. Onze producten moeten gekoeld worden. Zij hadden wel een twintigtal koelboxen, maar wij hadden er 2.000 nodig. Het was krankzinnig wat dat ons zou gekost hebben. Ooit moet iemand er natuurlijk voor betalen.”

“Eigenlijk zijn wij geen e-commercebedrijf, maar een servicebedrijf. Wij leveren eten aan huis. Omdat we zelf duurzaamheid belangrijk vinden, verlangen we dat nu ook van onze partners. Daarom werken we samen met Bubble Post. We duwen onze visie zo ver mogelijk door in de keten. We moedigden zelfs leveranciers aan om over te schakelen op bio. In het begin hadden ze nul producten. Nu toch al een honderdtal. Maar het is niet eenvoudig.”

Diana: “Afhaalpunten zijn ook een oplossing, toch als mensen er met de fiets naartoe gaan.”

Steve: “Eerder onderzoek heeft ook al aangetoond dat levering in een afhaalpunt niet altijd duurzamer is dan levering aan huis of zelfs kopen in een fysieke winkel. Alles hangt ervan af of de consument zich speciaal gaat verplaatsen om het pakje af te halen of dat hij dit doet op weg naar een bepaalde bestemming, bijvoorbeeld om de kinderen van school af te halen.”

Diana: “Als je in een stad woont en wandelend of fietsend naar een winkel gaat, dan is dat de milieuvriendelijkste optie. In andere gevallen kan e-commerce gunstiger zijn als bezorgd wordt via een efficiënte bezorgroute.”

Zijn consumenten er dan niet mee bezig?

Anders: “Als het maar lekker is en, vooral, hun probleem oplost. Dat is het enige wat hen bezighoudt. Wij leveren enkel op maandag van 17 uur tot 22 uur. We moeten mensen echt uitleggen waarom we dat doen. Houdt het klanten tegen om te bestellen? Natuurlijk. Zij willen vooral flexibiliteit. Daarom verliezen we klanten aan grote spelers die de gewenste flexibiliteit wel kunnen bieden. Maar onze sterkte blijft: klein en Belgisch.”

Margreeth: “Helaas staat duurzaamheid voor consumenten niet erg hoog op de prioriteitenlijst.”

Leegstandsproblematiek

Een bekommernis is dat e-commerce zorgt voor lege winkelstraten. Hoe zien jullie dit?

Anders: “Ik ben Zweeds. Met alle respect, maar in Zweden lopen ze vijf jaar voor op België. Daar bestaan al vijf jaar geen kruideniers meer. Ik snap ook niet hoe die hier kunnen overleven?!”

Diana: “In Nederland hebben we dezelfde discussie gehad na de ‘gedwongen’ sluiting van een grootwarenhuis. Nu, er zijn nog steeds winkels in de hoofdstraten die het goed doen. Vaak hebben ze een speciaal aanbod. Dat vraagt om een aangepaste strategie. Er bestaat ook onderzoek over hoe jonge mensen hiernaar kijken. Blijkt dat zij terug willen naar ‘beleving’. Een concept store kan hier de oplossing zijn. Maar ook dat vraagt een andere benadering van winkelmedewerkers. Zij moeten veel pro-actiever zijn. Wachten tot de klant binnenkomt en koopt, die tijd is voorbij.”

Margreeth: “Ik denk dat e-commerce mede verantwoordelijk is voor nieuwe winkelstraten, maar dat ook andere factoren als de economische situatie en de vergrijzing hierbij een grote rol spelen. We zien tegelijk steeds meer dat winkels beter inspelen op de e-commerce markt, door bijvoorbeeld ‘click en collect’ (nvdr: de klant bestelt online en kan de bestelling meteen in een winkel met voldoende voorraad ophalen).”

Hoe zit het met de arbeidsomstandigheden in Zweden?

Anders: “Alle winkels zijn open op zondag. Volgens mij is dat iets goed. Mensen hebben werk. En voor de consument lijkt het mij ook beter. Tweeverdieners hoeven op zaterdag bijvoorbeeld niet te stressen om de boodschappen rond te krijgen.”

Diana: “In Nederland zijn bij een grootwarenhuis afspraken gemaakt dat mensen die op zondag werken geen toeslag krijgen in ruil voor een hoger basisloon voor jongeren. Bij pakketbezorger PostNL is er discussie over de inzet van zelfstandigen voor de bezorging in plaats van mensen in loondienst.”

Diana: “De druk op de zelfstandige koeriers is ook een aspect van duurzaamheid. In Nederland is hierover een maatschappelijk gesprek op gang gekomen. Het gratis leveren en retourneren zorgt voor die druk. Er komen gelukkig nieuwe ontwikkelingen aan, want de situatie is niet langer houdbaar.”

Steve: “Een grote kledingketen gaat voortaan die klanten bannen die meer dan 90 procent van hun online aankopen terugsturen. Dit kan goed een trend worden. Al mag dat percentage voor mij nog lager. Consumenten moeten aangezet worden tot nadenken en de gevolgen van hun beslissingen inzien.”

Duurzaamheidsinspanningen nodig

Kunnen we stellen dat e-commerce niet met duurzaamheid bezig is?

Margreeth: “Dit zou ik zeker niet willen stellen. We zijn een jonge groeiende markt en daarvan kun je nog niet verwachten dat duurzaamheid al volledige geïntegreerd is. Er zijn inmiddels al mooie initiatieven op het gebeid van duurzaamheid waar webwinkels intensief aan meewerken. Tegelijkertijd is er natuurlijk altijd ruimte voor verdere verbetering.”

Diana: “Verschillende e-commerce bedrijven zijn al wel bezig met duurzaamheid, maar daar is nog niet veel van te zien of te merken. Wellicht komt dit omdat de druk van buiten nog ontbreekt. Vanuit gemeenten wordt wel invloed uitgeoefend op de pakketbezorgers, maar niet op de e-commerce zelf.

Onze analyse van communicatie over e-commerce via sociale media wees verder uit dat het nog geen onderwerp is waar consumenten van wakker liggen: slechts vier procent van de berichten had te maken met met duurzaamheid. En die berichten kwamen dan doorgaans nog van mensen die op professioneel vlak met het thema bezig waren. Terwijl er wel kansen liggen voor de e-commerce sector: efficiënter transport betekent naast milieubesparing ook kostenbesparing. De vraag is dus hoe de e-commerce bedrijven hun klanten kunnen verleiden tot een (milieu-)efficiënte keuze.”

Steve: “Er zijn nog veel mogelijkheden om te verduurzamen. Een aandachtspunt is de traceerbaarheid bij grensoverschrijdende leveringen. Cross border leveringen vormen een belangrijk thema voor de volgende jaren. Typerend is in elk geval dat het VIL best wel wat projecten over e-commerce en duurzaamheid lanceerde, maar dat slechts een beperkt aantal webshops deelnam, in tegenstelling tot de talrijk vertegenwoordigde logistieke dienstverleners”

En wat met de verpakking?

Diana: “Het gaat nog te vaak over volume. Er zijn wel steeds meer ontwikkelingen rond verpakking op maat.”

Margreeth: “Thuiswinkel.org heeft in 2015 samen met haar webwinkels een aantal doelstellingen opgesteld om te komen tot duurzame verzendmaterialen. Daarnaast hebben we onlangs een rapport gepubliceerd waarin de best practices op het gebied van duurzame verpakkingen voor de ecommerce sector worden beschreven.”

Anders: “We moeten onze leveranciers zelf sensibiliseren rond een slimme en duurzamere verpakking. Willen we echt een verschil maken, dan moeten we in zee gaan met een grote verpakkingsleverancier. Maar zij zitten niet te wachten op een kleine speler als Smartmat.

Trouwens, onze klanten klagen over de vele plastic verpakkingen. Maar al onze bioproducten moeten we verplicht apart verpakken. Vroeger leverden we in zakken, nu in dozen omdat die beter stapelen. We dachten ook aan terugname van die boxen om te recycleren. Dat idee werd niet positief onthaald door onze klanten. Zij willen geen eten dat komt uit een box die iemand anders eerder gebruikte.”

Rol overheid

Moet de overheid een voortrekker zijn?

Anders: “In Zweden heerst er een vrije markt. De druk om in te zetten op duurzaamheid komt van de klant. In België geldt eerder: What’s in it for me?”

Steve: “De overheid zou kunnen verplichten om bij het afrekenen op de webshops te vermelden wat de consequenties zijn, zoals de milieu-impact van de levering binnen de dag, binnen de twee dagen, enzovoort. Momenteel ligt de klant niet wakker van duurzaamheid. Enkel de prijs telt. Toch wil niet elke klant zijn levering de volgende dag. Slecht 29 procent, blijkt uit onderzoek dat wij voerden. Maar waarom moeten schoenen, kledingstukken of een boek steeds dezelfde dag geleverd worden? Als er meer tijd is, kan het goedkoper en duurzamer. Daar zou de overheid op kunnen inzetten.”

Conclusies

Alles wijst erop dat de e-commerce sector een flinke por in de rug nodig heeft als het over duurzaamheid gaat. Opportuniteiten liggen er vooral op het vlak van infrastructuur, energieverbruik, uitstoot, verpakking, arbeidsomstandigheden, en sensibiliseren van de consument. Zijn jullie het daarmee eens?

Anders: “Het imago van e-commerce is volledig in handen van de aanbieder.”

Steve: “Het komt er dus vooral op aan om de consument te sensibiliseren over de impact. Ik denk dat de overheid die rol op zich moet nemen. De grootste opportuniteit ligt in het bundelen van leveringen. De consument moet die keuze krijgen. Sneller leveren is betalen. Dat is de enige manier om hem of haar bewust te krijgen.”

Diana: “Duurzaamheid ‘werkt beter’ als je ze koppelt aan eigenschap of kwaliteit. Bedrijven moeten bedenken waarmee ze de klant blij maken en hiermee duurzaamheid verweven. Langs de andere kant, e-commerce heeft ook een positieve impact. Kleine biowinkels hebben nu bijvoorbeeld een veel groter bereik via internet. Dat was vroeger niet mogelijk.”